Reparatie en aanbrengen nieuw laagje bladgoud blijkt hard nodig

De windhaan op de toren van de Buitenkerk is vanmiddag verwijderd voor een grote opknapbeurt. In opdracht van de gemeente worden de bol en de haan op de torenspits gerepareerd en weer opgepoetst oftewel voorzien van een nieuw, flinterdun laagje bladgoud. Met Pasen moet de Buitenkerk het dus zonder de windwijzer en het kenmerk van apostel Paulus stellen maar met de Hanzedagen zal die weer schitteren.

Onderdelen
Als eerste werd met een hijskraan van Jac v.d. Vegt & Zn. BV de bol verwijderd onder de haan op de torenspits van de Buitenkerk. Lokozink Kampen BV gaat deze nu eerst repareren en de eigenaar was zelf aanwezig om een eerste inspectie te plegen. Vergelijkbaar werk heeft hij uitgevoerd voor de torens in Wilsum en Zalk en hij merkte op dat deze bol zo’n vijf keer groter is dan in Wilsum.
De bol is van koper en weegt naar schatting van Lokozink zo’n 60kg. De doorsnede is ruim een meter en het is beschilderd met een flinterdun laagje bladgoud. Dit herstel neemt schildersbedrijf Heerschop voor zijn rekening, die ook aanwezig was en sprak over ”dubbeltorengoud”.
Als edelmetaal hoeft het maar zeer dun opgebracht te worden en kan het weer zo’n vijftien jaar mee. In de bol zit een dichtgesoldeerde koker waarin elk onderhoud wordt vastgelegd zodat de geschiedenis gevolgd kan worden.

Symboliek
De laatste keer dat gemeente Kampen de haan verzorgde, was zo’n 35 jaar geleden. Met de eerste Nederlandse grondwet uit 1798 vervielen alle kerktorens aan de overheid. Napoleon besloot hiertoe uit militaire overwegingen om ze als uitkijkpost te gebruiken en als hoge, droge schuilplaats bij overstromingen. Soms zijn de torens later overgedragen aan de kerk maar meestal zijn ze nog steeds eigendom van de (burgerlijke) gemeente, zoals in Kampen bijvoorbeeld geldt voor de Buitenkerk en de Bovenkerk.
Het kruis, de bol of de haan gold in de heidense tijd als afweermiddel en met de toegevoegde bliksemafleider geldt dat tegenwoordig nog steeds. De haan werd echter een christelijk symbool door de apostel Petrus die met gekraai werd geconfronteerd na diens verloochening van Christus zoals hem door Hem was voorzegd (Joh. 13-38). De haan, ook van de Buitenkerk, laat zien uit welke hoek de wind komt en kondigt met zijn gekraai het begin van de dag aan oftewel het nieuwe begin met Jezus Christus.

Scherts
Er doen meer uitleggen de ronde over de kerkhaan en zo merkt Willem Wever op, in tegenstelling tot wat de Buitenkerk eerder heeft bewezen, dat er ”misschien wel een haan op de kerktoren staat omdat er anders geen kip naar de kerk komt!”