Prikje stelt Van Rossems gerust: Kampen blijft provinciestadje

Maarten van Rossem maande Kampen niet te populair te willen worden. Prikje somt talloze redenen op dat Maarten, en zijn broer Vincent, daarvoor niet hoeven te vrezen. Prikje legt de woorden in de mond van burgemeester Koelewijn, die in weerwil van de feiten hartstochtelijk campagne blijft voeren voor ’zijn’ Kampen.

Aan het einde van het bezoek van de Van Rossems aan het ”alleraardigst stadje” Kampen maande Maarten de stadsbestuurders niet te groot te denken. De ontwikkelingen geven hem gelijk, zoals Prikje opsomt: de N50 blijft voorlopig een autoweg, de Burgel blijft een ’dood’ watertje en het blinkend nieuwe zwembad kampt met ernstige exploitatieproblemen.
Op Monumentendag kan het Gotisch Huis, een rijksmonument, bewonderd worden dat al jaren staat te vervallen. Daarvoor kan de vinger naar het Rijk gewezen worden. Als schandvlek steekt het boven de lege winkelpanden uit, waarvoor ook naar de landelijke trend verwezen kan worden. Maar toch.

Vincent, de broer van Maarten, verfoeide de terrassen in Zutphen waar ze eerder TV-opnames hadden gemaakt. Dat zou hij nu ook in Kampen herkennen waar de terrassen ongebreideld mogen uitbreiden voor lange(re) tijd. Het monumentale karakter van de binnenstad verdwijnt meer en meer.
Een ”provinciestadje” behoeft ook geen dierenasiel. Dat dreigt Kampen te verliezen en dat gaat Prikje aan het hart. Voor zijn soortgenoten blijft, voor zover bekend, het vogel- en egelasiel wel bestaan.
Tenslotte roemt Prikje bij monde van Bort Koelewijn de unieke Kamper coronamaatregelen. Die veroorzaken de hausse aan terrassen, zoals de coronacrisis te pas en te onpas voor van alles wordt aangewend. Maarten van Rossem kan gerust zijn en kan zijn hart ophalen aan Kamper kneuterigheid. Weliswaar alleraardigst.