Vrijwilligster Terminale Thuiszorg Kampen vertelt

Vrijwilligster Terminale Thuiszorg Kampen vertelt

Achtergrond 0 Comment

Gertrude Achterberg licht haar werk en voldoening toe

Overeengekomen in een Tohopesatedeal heeft Alex de Jong (Attest Communicatie) onderstaand artikel geschreven. Hij hoopt dat ”het verhaal van Gertrude uit Zwartsluis mensen inspireert om ook vrijwilliger te worden en om de stervende medemens te helpen.” De portretfoto is gemaakt door Herman IJssel (BWphoto).


‘Dit werk vervult mij met grote dankbaarheid’

Ze is, sinds haar moeder 4,5 jaar in coma lag, gefascineerd door de dood. Vooral de vraag ‘hoe ga je dood?’ houdt haar bezig. Het was deze vraag die Gertrude Achterberg (45) negen jaar geleden bij de Stichting Terminale Thuiszorg bracht. Haar vrijwilligerswerk voor deze organisatie gaf haar vooralsnog niet hét antwoord. Wel immens veel voldoening.

‘Ik ben een mensen-mens en geef graag liefde; ik raak mensen graag aan.’ Ze wil ‘er zijn’ voor anderen, voor terminale patiënten die soms niemand anders aan hun sterfbed hebben zitten. ‘Jouw aanwezigheid maakt verschil. Je kunt een ander, een wildvreemde, een medemens, tot steun zijn. Dat maakt het bijzonder’, vertelt ze enthousiast. ‘Wat het mij brengt? Heel veel. Het vervult mij met grote dankbaarheid.’

Delen
‘Mijn moeder heeft ons vroeger geleerd: als je niet kunt delen, dan kun je ook niet vermenigvuldigen. Mijn moeder was een ongelooflijk lieve en zachtmoedige vrouw. Ze keek om naar alles wat liefde en aandacht nodig had’, zo vertelt Gertrude, die graag in de praktijk brengt wat haar moeder haar heeft geleerd. Gertrude’s leven draait voor een groot deel om haar vrijwilligerswerk.
‘Ik doe veel. Ik werk voor de Zonnebloem, verzorg het borreluurtje in een bejaardencentrum, ben overblijf-, maar ook luizenmoeder op school; ik loop wekelijks – al jaren – met een autistische jongen via Stichting Philadelphia, en ik bezoek wekelijks een dementerende dame. Wanneer zij mijn stem hoort, gaan haar ogen even open. Dan tovert ze een glimlach op haar gezicht en verdwijnt dan weer in haar eigen belevingswereld.’ Daarnaast werkt ze als coördinatrice en vrijwilligster voor de Stichting Terminale Thuiszorg Kampen e.o. (STTK).

Een klaproos als symbool voor terminale thuiszorg.

Liefde
‘Het vrijwilligerswerk brengt mij heel veel. Ik word nergens zo gelukkig van als wanneer ik mijn liefde heb gegeven aan iemand die op sterven ligt. Dat geeft power, een ongelooflijke gevoel van welbehagen. Ten tijde van het interview waakt ze drie dagen per week bij een ‘oude dame’. ‘Als ik ga, klinkt het: ‘Tot morgen, Gertrude, dank je wel’. Haar ‘dank je wel’ is van hele grote waarde. Ik word er blij van dat mijn aanwezigheid mensen blij kan maken. Daar kan geen geld tegenop. Maar misschien heb ik gemakkelijk praten vanuit mijn positie’, relativeert ze.

Oorspronkelijk komt ze uit Arnhem, maar verhuisde naar Zwartsluis vanwege de liefde. Ze kreeg kinderen, de liefde verdween, een scheiding kwam. ‘Negen jaar geleden dacht ik: ‘alles loopt, ik ben financieel onafhankelijk, ik heb het allemaal goed voor elkaar, weet je wat? Ik moet iets terugdoen voor de maatschappij’. Geen toeval dat ze koos voor de STTK. Rond die tijd lag haar moeder, na een volledig misgelopen operatie, in een coma die 4,5 jaar heeft geduurd. ‘Toen kwam bij mij de vraag op hoe gaat je nu eigenlijk dood? Dat vond ik zeer fascinerend. En zo ben ik dus bij de Stichting Terminale Thuiszorg terechtgekomen.’

Bijzonder
‘Natuurlijk dacht ik na het volgen van de cursus wel: ik ben benieuwd of ik er tegen kan. Maar weet je? Je kunt zoveel voor een ander mens betekenen. Al breng je een glaasje water. Je bent bij hen en haalt zo toch een deel van de angst voor de dood weg.’ Dit ‘er zijn’ is als de rode draad die de vrijwilligers voor de Stichting Terminale Thuiszorg Kampen zo tekent. ‘Vaak is dat al voldoende. Ze zijn niet alleen.’ Natuurlijk zijn de vrijwilligers er voor de terminaal zieke patiënt, maar eigenlijk ook voor de familie; voor de mantelzorgers die even rust nodig hebben, die ‘het waken’ even aan een ander kunnen overlaten, zodat zij weer even kunnen ‘bijtanken’.

Gertrude Achterberg vertelt over Stichting Terminale Thuiszorg Kampen.

‘Engelen van de nacht’
Vooral het waken tijdens de nacht heeft voor Gertrude iets speciaals. ‘De nachten zijn heerlijk’, vertelt ze. ‘We worden als vrijwilligers van terminale thuiszorg ook wel ‘de engelen van de nacht’ genoemd. Echt!’ De nacht is een bijzonder moment, vindt ze. ‘Het is stil. De wereld is in rust. Jij zit daar met je ogen open, doet je ‘ding’ op je telefoon, of leest een boek. Je bent er voor de stervende, voor als deze je hulp nodig heeft of voor wanneer deze om een praatje verlegen zit.’ Sommige mensen zijn gedurende het sterfproces niet meer aanspreekbaar, anderen zijn juist erg helder en praten graag, weet ze. ‘Dergelijke nachten hebben iets bijzonders; zijn bijna betoverend.’ Het is een wereld waar geheimen worden gedeeld.

‘Het afgelopen jaar was ik er vier keer bij dat iemand stierf. Dan ben je vooral de familie heel erg tot steun.’ Haar werk creëert ook wonderlijke herinneringen. ‘Zoals een heel bijzonder echtpaar in de negentig. Man 95, vrouw 93. De man had longontsteking en was stervende. Ze lagen in de woonkamer naast elkaar in bed. Ik zal nooit vergeten hoe de hand van de oude mevrouw liefdevol naar die van haar man gleed… zo mooi!’ Het echtpaar is nog steeds samen. ‘Op het moment dat meneer via de terminale thuiszorg aandacht en liefde kreeg, krabbelde hij weer helemaal op! Hoe mooi is dat?!’

Subscribe
Abonneren op
guest
0 Reacties
oudste
nieuwste meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

Back to Top

0
Zou graag je gedachten willen weten, s.v.p. laat een reactie achter.x